De Askoy II werd gebouwd in 1960 voor de gekende Belgische architect Hugo Van Kuyck. Askoy is de naam van een eiland aan de Noorse kust, gelegen vlak voor de havenstad Bergen.
Ze werd getekend door Raymond Derkinderen en gebouwd op de scheepswerf Vandevoorde. Het jacht is 20 meter lang, 5 meter breed en weegt 40 ton.
Van Kuyck zeilde met het jacht in de Baltische Zee, rond Noorwegen en rond Schotland. In 1974 verkocht hij de boot aan Jacques Brel, die uiteindelijk naar de Markiezeneilanden zeilde.
In 1976 verkocht hij zijn schip aan de Amerikaanse Cathy Cleveland. Zij zeilde met het jacht in Frans Polynesië en Nieuw-Zeeland om vervolgens in Hawai te belanden. Op haar beurt verkocht zij de boot aan Harlow Jones, die met de Askoy II een vishandelproject oprichtte met de lokale vissers van de Eilanden in de Pacific, onder de naam Harlow Island Packet Trading Co. Uiteindelijk werd het jacht weer verkocht aan een Duitser, die achteraf een drugsmokkelaar bleek te zijn. Het schip werd in beslag genomen op de Fiji-eilanden en in 1993 openbaar verkocht aan Lindsay Wright, een maritiem journalist uit Nieuw Zeeland. Hij zeilde met de Askoy II helemaal alleen naar zijn thuisland , kwam in een storm terecht en strandde uiteindelijk op Baylys Beach op de noordwestkust. Daar wacht het jacht op zijn redding.

Enkele zeilfanaten en fans van Jacques Brel richten in 2004 de vzw Save Askoy II op, met de intentie om het wrak terug in België te krijgen en het schip in zijn volle glorie te herstellen. Het wrak werd in december 2007 opgegraven op het strand van Baylys Beach en kwam in mei 2008 in België aan. Op dat ogenblik was het schip niet meer dan een verwrongen en verroeste romp.

 

In 2010 werd de Askoy II naar de Nieuwe Scheldewerven in Rupelmonde overgebracht. Daar werd volop gewerkt aan de restauratie van de romp van het schip. Er werd een nieuw dek toegevoegd. Op de werf Van Damme in Zeebrugge werden ondertussen naar de originele plannen houten masten vervaardigd. 

 

Het verloederde zeilschip werd meer dan vijftien jaar stevig onder handen genomen door vrijwilligers en werd in 2022 definitief beschermd als varend erfgoed Dankzij Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele.

 

Op donderdag 24 maart 2024 voelde deze parel na jaren restauratie eindelijk terug water, na inspectie bleek nog een kleine aanpassing noodzakelijk waardoor ze terug op de kade werd gezet.

 

Op 9April 2024 ( daags na de verjaardag van Jaques Brel) was het eindelijk zo ver en kon deze dame genieten van de nodige aandacht tijdens de officiele tewaterlating

 

4mei 2024 word Askoy officieel gedoopt door  burgemeester Dirk De fauw in aanwezigheid van Jaques Brel's laatste levensgezellin Maddly Bamy aan de rederskaai te Zeebrugge